Vanavond trapt de boekenbeurs af. Eindelijk. Want een heel leger auteurs heeft de afgelopen maanden zo gebedeld om je aandacht, dat het af en toe pijnlijk werd. Over hun boeken ging het zelden, over de lijken in hun kast des te meer. Gluurliteratuur is de norm geworden en daarom heb ik mijn vrouw vriendelijk gevraagd om mij dringend te beginnen bedriegen zodat interviewers bij het uitkomen van mijn volgende boek toch tenminste wat stof tot gesprek hebben. Hoe ze reageerde? Wel, hoe zal ik het zeggen….
Doe ik het goed?
Het leven van een auteur… Het is me wat. Als ik nu schrijf: “Ik kreeg een klap in mijn gezicht! Maar dat was ook goed: ik kan nu naar de pers stappen om te zeggen dat ik mishandeld ben. En nog wel door een uitgesproken feministe alstublieft! Misschien schrijf ik er wel een kookboek over…” Dan zit ik morgen gegarandeerd in één of andere talkshow om te vertellen over mijn treurig leven en mijn uniek recept voor boerenkool met worst! Ligt het aan de journalisten, aan de auteurs, of aan de dolgedraaide marketingafdelingen van uitgeverijen en boekhandels? Of ligt het misschien aan mij?
Toen ik 5 jaar was, besloot ik om schrijver te worden. Had ik dat ook gedaan als ik op voorhand had geweten dat ik daarvoor hoerenkleren moest aandoen? Ik denk het wel. Want pas nu besef ik dat het hoofdmotief van mijn recentste boek eigenlijk gaat over mezelf. Dat motto luidt namelijk: “Als de Goden ons willen pesten, dan vervullen ze onze wensen.” Hier spreekt dus niet zo’n nostalgicus die vindt dat vroeger alles beter was. Shakespeare wist het al: aandacht krijg je door te shockeren. Dus ik wist verduiveld goed waar ik aan begon toen ik mijn eigen schrijfsels begon te plaatsen naast de 20.000 andere titels die jaarlijks verschijnen in ons taalgebied. Na 30 jaar broodschrijverij ken je de truken van de foor echt wel. En ook tegen mij zei Hugo Claus ooit: “Je moet liegen, jongen. Tot ze niet meer weten wat waar en niet waar is. Geef ze wat ze willen horen, en ontken daarna alles met overtuiging.”
Arme Media!
“Ze”, dat zijn de vrienden van de media. Onontbeerlijke partners in het verleidingsspel tussen auteurs en lezers, maar geconfronteerd met een veel te groot aanbod tussen augustus en begin november. Ik heb echt waar met journalisten te doen in deze tijd van het jaar. Van de ochtend tot de avond worden ze bestookt en gestalkt door uitgeverijen en auteurs die vinden dat zij de meest interessante bladzijden van literatuurgeschiedenis hebben gepleegd en dat ze daarom een gesprek verdienen over hun ongelukkige jeugd, pogingen om te stoppen met roken, toenemende impotentie, of hun strakke nieuwe partner. Het is dus absoluut begrijpelijk dat journalisten en talkshowredacteurs op den duur de witte vlag hijsen en zich overgeven met het besluit: “We gaan gewoon doen wat we altijd doen en onze eigen vrienden uitnodigen voor een gesprek.” Daardoor krijg je een parade van de koppen die je altijd en overal ziet in de media en die nu ook ineens een boek blijken gepleegd te hebben. Of er ook iets interessants in staat, is van ondergeschikt belang uiteraard.
Zo is het schrijverschap een soort bijproduct van “bekendheid” geworden. Boeken zijn vaak spin-offs van andere activiteiten. De schrijvers die hun faam te danken hebben aan hun boeken zijn alsmaar zeldzamer aan het worden. Net zoals de schrijvers die van een uitgeverij de tijd krijgen om te groeien in hun vak en daar ook nog kundig voor omringd worden. Als ik een cultuurpessimist zou zijn, zou ik zeggen: het aanbod verschraalt! Maar ik ben geen cultuurpessimist, dus ik wil bij deze mijn collega’s schrijvers graag uitnodigen om mee uit de catacomben te treden en het spel te spelen zoals het moet gespeeld worden.
Hoe ik ongewenst betast werd op de boekenbeurs
We moeten als schrijvers zelf terug het toneel opeisen. Laten we allemaal onze hoerenkleren aandoen en de mensen schaamteloos geven wat zij vragen: een orgie van bekentenissen. Zoveel bekentenissen dat ze er op den duur beurs van worden en zich tenslotte misschien de vraag der vragen beginnen stellen: “Waarover gaat dat boek eigenlijk?” Want uiteindelijk kopen mensen geen boek omdat er een bekende kop op staat, maar wel omdat ze hopen er iets in te vinden waar ze ook wat mee zijn in het leven.
Ik zal zelf het goede voorbeeld geven en elke dag van de boekenbeurs mijn bekentenissen posten op deze blog. U bent gewaarschuwd! Morgen volgt er alvast een eerste zeer spannende aflevering met: hoe ik ongewenst betast werd op de boekenbeurs!