Hou zou het nog zijn met Salah Abdeslam? Ik probeer me dat in te beelden: met je smoel op elke frontpagina en om de 20 minuten op elke nieuwszender. Daar ben je dan. Een wereldberoemde loser...
Ik ben maar een simpele verhalenmaker. Als mensen vragen wat dat betekent, zeg ik meestal: “Gewoon. Kijken naar mensen en proberen te snappen waarom ze doen wat ze doen. En daar dan iets over vertellen.” Emotie is een belangrijke brandstof in die verhalen. Humor nog belangrijker. Maar eigenlijk is dat hetzelfde. Het gebrek aan heldere verhalen doet ons dwalen. Al langer dan vandaag. Niemand schijnt zich nog af te vragen: “waarom”. In plaats daarvan krijgen we, alsof we balorige kinderen zijn, alleen maar “daarom” in ons gezicht geslingerd. Een wereld zonder antwoorden, wurgt zichzelf met pompeus machtsvertoon en holle symboliek. En als we nu eens terug op zoek gingen naar het verhaal dat ons zegt waarom?
Sinds 13 november vallen experts over elkaar heen om ons uit te leggen wat er is gebeurd in Parijs. Dat wil zeggen: ze vertellen heel veel over de “wat” (moorddadig geweld met alle mogelijke details over de wapens en de modus operandi), over de “wie” (een bende balddadige gelovigen en hun 130 slachtoffers), over de “waar” (in Parijs –stel je voor- op amper 300km van onze voordeur) en over de “wanneer” (op een vrijdag de 13de... en op amper 2 uur tijd). Daar valt allemaal veel over te zeggen. Bijvoorbeeld dat de symboliek van de vrijdag de 13de als ongeluksdag, teruggaat tot de tijd van de vervolging van de hugenoten in Frankrijk... Hoe dan ook: tegen de tijd dat de “waarom” aan bod komt, is onze aandacht als publiek al helemaal ingenomen door de angst die de antwoorden op de vorige vragen heeft opgewekt. Maar misschien is dat juist wat onze machthebbers graag willen. Dat angst alle vragen overstemt. Dat angst onze ziel opvreet en wij geen vragen meer stellen.
De waarom-vraag is ook geen simpele natuurlijk. Het is een dominovraag. Achter ieder antwoord dat je vindt, schuilt weer een andere vraag. Net zoals kleuters blijven doorvragen, tot je verveeld zegt: “daarom”. De “daarom” in dit verhaal heet God, of Allah, of het grote spaghettimonster. En als je daar niet in gelooft, dan zoek je een verklaring in een explosief mengsel van maatschappelijke ongelijkheid, puberale rebellie, persoonlijke frustratie en internationale wapenhandel. Is de kous daarmee af?
Ik vind van niet. In de eerste plaats omdat de realiteit nog veel ingewikkelder is. Dat weet je als je, zoals ik, al een tijdje rondloopt op de aardkloot. En vooral als je ooit nog geschiedenisles hebt gehad. (Ik weet het: het lijkt tegenwoordig absurd, maar ooit werd dat nog onderwezen in scholen, de geschiedenis.) Er zit meer in het kruitvat van het internationaal terrorisme dan de godsdienst en de wapenhandel. Internationale drugstrafiek bijvoorbeeld op eeuwenoude routes. Of het kluwen van economische belangen in het midden-oosten. Maar er is ook het persoonlijke verhaal van de mannen en vrouwen die op een gegeven moment beslissen dat het een goed idee is om zichzelf op te blazen in naam van een hogere macht. Precies dat laatste fascineert mij buitenmatig. En daarom vraag ik mij af hoe het nog zou zijn met Salah Abdeslam?
Niet dat ik medelijden heb met de man. Laat dat duidelijk zijn. Maar als ik mij afvraag “waarom Salah”, dan zie ik een verhaal dat niemand mij vertelt. Hij is het veld ingestuurd met een duidelijke missie: zichzelf en zoveel mogelijk anderen samen met hem vernietigen. Om een held te worden in het licht van een raar soort geschiedenis, geschreven in bloed. Maar er zit een haak los in zijn verhaal. Salah heeft zichzelf niet vernietigd. Hij is op de vlucht. Voor de veiligheidsdiensten. En volgens mij ook voor de mensen die hem het veld hebben ingestuurd. Een levende Salah is geen held. Hij is een potentiële verklikker. Hij is niet alleen op de vlucht voor de veiligheidsdiensten, maar ook voor zijn kameraden.
Misschien moeten we ergens een grote pot honing zetten om hem te lokken, onze wereldberoemde loser.